, [], Whether the ceremonies of the Law were in existence before the Law?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [32]De schare antwoordde en zeide: [33]Gij hebt den duivel; [34]wie zoekt U te doden? 32. Namelijk die van buiten gekomen was, en die daarvan niet wist, en overzulks meende dat Christus hun dat ten onrechte aanzeide. 33. Dat is, gij raast als een bezeten of uitzinnig mens, en gij lastert ons. 34. Namelijk van ons.